Ik heb een slechte periode achter de rug sinds ik terug aan het werk ben. Er waren meer dagen van extreme vermoeidheid dan goede dagen en met goede dagen bedoel ik dan de dagen waarin ik nog fut had om de ‘dagelijkse’ wandeling te maken. Hierdoor heb ik aan de laatste twee wandelingen niet deelgenomen. En zo verwaterde ook het lotgenotencontact.
Toen ik Bert en Yvette van ‘MijnLever’ tijdens de infoavond voor leverpatiënten in het UZGent terug tegenkwam, deed me dat enorm veel deugd. Ik besloot toen om nog eens deel te nemen aan de volgende wandeling en die volgde enkele weken later, op 22 oktober in Tongeren.
Voor mij was het al geruststellend dat er een korte en iets langere wandeling voorzien was en ook -als het echt niet lukte- we gewoon in brasserie Retro-Velinx konden blijven. Ik keek vooral uit naar gesprekken met lotgenoten, mensen die me begrepen en niet gefrustreerd waren als ik de draad in mijn verhaal kwijt was of woorden niet kon oproepen. Naast mijn vermoeidheid is dit wat mij nu het meest hindert, ook in mijn werksituatie.
Samen met mijn man en dochtertje van 12, heb ik deelgenomen aan de wandeling. Het zou zonde geweest zijn om de verhalen van de stoere Ambiorix te moeten missen. Hij gidste ons door de ‘eerste stad’ van België. De Romeinse en Middeleeuwse geschiedenis vonden we overal terug. We wandelden langs de stadswallen waar de Middeleeuwse muur gebouwd werd op de Romeinse. We kuierden door het pittoreske Begijnhof, een feeëriek ‘ministadje in de stad’ dat terecht Unesco-werelderfgoed is. Wie interesse heeft, kan de kerk voor €1 kopen. We bezochten de Onze-Lieve-Vrouwebasiliek met haar prachtige orgel. We zagen dat deze basiliek gebouwd was op de restanten van een nog oudere kerk. We wandelden door de winkelstraat waar we het beeld van de 3 roddelende dames ‘Pumpkeskal’ mochten bewonderen en de naam van het beeld moesten ontdekken. Zo leerden we ook een beetje Tongerens dialect. We hoorden ook dat er toch wat naijver bestaat tussen de Hasselaren en de Tongerenaars (of is het nu toch Tongenaars?) en dat het ‘Paterke van Hasselt’ eigenlijk het ‘Paterke van Tongeren’ moest zijn. Het bewijs is geleverd: We hebben zijn geboortehuis immers met eigen ogen mogen aanschouwen. Voor de mensen die deelnamen aan de wandeling zijn dit leuke anekdotes, voor de andere lezers misschien een aanzet om volgende keer mee te gaan.
Zoals alle wandelingen van MijnLever die ik al heb meegedaan, was ook deze wandeling goed georganiseerd. We kregen boeiende informatie van de stoere Eburonenkoning Ambiorix en van zijn nazaten, waaronder onze voorzitter Bert en enkele Tongerse deelnemers. We werden getrakteerd op een drankje tijdens de tussenstop en aansluitend hebben we gezellig gegeten aan een democratische prijs. Ik had geen verwachtingen en toch is het me gelukt om de lange lus mee uit te stappen. De gesprekken met de anderen, de herkenbaarheid in elkaars verhalen, de adviezen waar ik echt iets aan heb, hebben een goed gevoel achtergelaten. Ik ben me terug beginnen verdiepen in PBC en AIH en ben het boek ‘Zinvol ziek’ van Lynn Formesyn aan het herlezen. Het werd mij ooit door Bert Tomsin aangeraden. Lezen en gesprekken met lotgenoten en hun partners helpen mij verder. Daarom kijk ik al uit naar de volgende wandeling.
Rose-Marie
Ongeacht het slechte weer schitterende glimlachen en de uitwisselingen moedigden elkaar aan. (Marie-Charlotte)
Het was een zalige wandeling in het gezelschap van echte Tongenaars en met een’ exclusieve’ gids. (Martine & Luc)
Een familie gevoel (Willy)
'Het is zo fijn om samen met lotgenoten leuke dingen te doen.' (Christel)
Ik heb heel erg genoten van de wandeling! Het doet zo'n deugd om lotgenoten te ontmoeten in een ongedwongen sfeer. (Rose-Marie)
"verrijkend" (Rina)